Alle ogen op kwatta
Het Thorbeckeplein gered, Alphen gered, zo lijkt het wel, als we de media, politici en bestuurders van Alphen aan den Rijn volgen. Niet alleen het Alphense Geld, maar ook alle aandacht lijkt te verdwijnen in dat zelfgecreëerde Zwarte Gat van het Thorbeckeplein. Vóór of tegen VORM!
Thorbeckeplein
Dat VORM zich alleen maar bezighoudt met dat plein, is niet anders dan logisch. Het is het enige deel van Alphen waarin dat bedrijf geïnteresseerd is.
Dat de vier hierbij betrokken wethouders net doen of dat Thorbeckeplein het enige probleem van Alphen is, is kwalijker, maar nog wel te begrijpen. Tenslotte hebben ze, door ‘De Lage Zijde” jarenlang een steeds groter deel van de politieke koek te maken, zichzelf met de rug tegen de muur gezet. Maar het is vreemd dat ze dat hele Lage Zijde plan verkleinen tot het Thorbeckeplein. Want voor de zo gewenste representatieve entree van Alphen heeft het college zich al jaren geleden door ‘Wonen Centraal’ in de hoek laten zetten. Gelukkig willen Rob Donninger c.s. die flats nog altijd door nieuwbouw laten vervangen, maar dát gedeelte is al helemaal geprivatiseerd en uit het gezichtsveld van onze politici verdwenen.
Maar het vervelendste is wel dat ook onze politici, coalitie én oppositie, zich als wolven storten op dat plein, en dat zelfs het bedrijfsleven, vertegenwoordigd door de VOA, daar eigen kansen nastreeft. Zelfs onze winkeliers denken dat de Alphense gloriedagen met een nieuwe invulling van dat plein vanzelf terug komen. Welterusten!
Ons Stadshart is groter dan het Thorbeckeplein
Natuurlijk probeert VORM uit alle macht die 10.000 vierkante meter in hun “Lage Zijde Plan” te vullen. Wat moeten ze anders. Natuurlijk kunnen ze, in deze moeilijke tijden, daarbij de tegenwerking van de plaatselijke winkeliers in de Brancheadviescommissie niet gebruiken. Even natuurlijk boeken ze elke winkel in die daarvoor de centen op tafel kan leggen, en zal VORM er niet mee zitten als dit winkels betreft die nu elders in ons Stadshart een vestiging hebben. En die vervolgens leeg achterlaten. Of dat de nieuwe winkels aan dat plein (Hoogvliet!) de ondergang van bestaande bewerkstelligen.
Kortom, het kán gewoon niet anders dan dat de 10.000 vierkante meters winkelruimte aan het Thorbeckeplein minstens 10.000 lege vierkante meters elders in de stad achterlaat. Zeker als in september De Baronie haar poorten opent, en alleen de ACTION daar stadshartwinkels als HEMA, BLOKKER en V&D al minstens 10% van de huidige omzet gaat kosten. En ons Stadshart nóg eens 10% bezoekers! Kortom, de ontwikkeling van De Baronie, anders dan als buurtcentrum, was al een grote fout van onze politici. Maar met het absoluut willen realiseren van winkels aan het Thorbeckeplein, compenseren ze die fout niet, maar verdiepen die alleen maar. Het is werkelijk wachten op de klap, en dan kunnen we een nieuw reddingsplan voor ons hele Stadshart gaan opstellen.
Leefbaarheid niet bepaald door Stadshart
Natuurlijk zou ons Stadshart de natuurlijke spil van de detailhandelsinfrastructuur in onze directe omgeving moeten zijn. Maar dan moet je de ontwikkelingen in dat Stadshart wél in samenhang met de ontwikkelingen van winkelvoorzieningen in de wijken en kernen om ons heen willen zien. Want waarom zouden Aarlanderveners niet gewoon hun boodschappen doen in Nieuwkoop of Ter Aar, tenslotte doen veel Alphenaren dat ook al. Wat let de Zwammerdammer om zijn boodschappen in het compacte winkelhart van Bodegraven te doen? Wij Alphenaren hebben toch weinig gedaan om daar de lokale voorzieningen te handhaven? Ik hoor het Bas Wienbelt (VVD, uiteraard) nóg zeggen: Economische wetmatigheid! Als dat waar was, waren de winkels in Koudekerk, Hazerswoude-dorp en Benthuizen immers allang verdwenen! In Alphen aan den Rijn denken we aan ‘wijkgericht werken’ te doen door steeds meer consumenten uit onze kernen en wijken naar ons Stadshart te zuigen, in plaats van ons zorgen te maken over de leefbaarheid buiten dat Stadshart.
Naar een compact Stadshart
Ik ben allang niet meer de enige retailspecialist die stelt dat, na jarenlange groei, stadscentra gebaat zijn bij concentratie. En dat niet alleen omdat de concurrentie van het internet, die fors wordt overdreven, de winkels verdrijft, zoals internetprofessor Cor Molenaar ook veel retailers wil doen geloven. Nee, niet dat internet, maar vooral de huidige crisis zal voor nog veel lege winkelruimtes zorgen. Waar het internet voor gaat zorgen is een grote VERANDERING in het Retail concept van winkeliers. Daarbij zal geen sprake meer zijn van een winkel of een webwinkel, maar van nieuwe formules, gebaseerd op het geïntegreerd inzetten van fysieke winkelruimte in symbiose met webwinkels. Daarin is geen plaats voor het geloof in de klassieke ‘toeters en bellen’ methodiek in commerciële communicatie. Maar wel voor het omarmen van een stevig pakket aan interactieve “Nieuwe Media”. Winkeliers, dienstenaanbieders, horecamensen en culturele voorzieningen gaan in één aantrekkelijk, verrassend, maar vooral compact Stadscentrum intensief samenwerken. In dat denken past geen nieuwe winkelruimte aan het Thorbeckeplein!
Dát moeten onze politici, graag vóór de verkiezingen, nou eens begrijpen.