Alphen en VOA de crisis te lijf?
20 meiHeel lang geleden stelde een econoom dat je beter een markt dan een fabriek kon hebben, maar die wetenschap lijkt nóch bij onze wethouder van economische zaken, noch bij onze grote Vereniging van Ondernemers in Alphen aan den Rij aangekomen te zijn. Die denken nog altijd de economische problemen in deze gemeente ook bínnen Alphen aan den Rijn op te lossen. Dát denken ze te doen door via wel 35 doelen 250 arbeidsplaatsen te realiseren (Alphen.CC, 18 mei). Alleen hebben ze daar wel, om de één of andere duistere reden, wel een duur ‘ondernemershuis’ voor nodig!
De Alphense Economie: Industrie en Dienstverlening
Onze Alphense Economie steunt op twee belangrijke pijlers, de retailsector en de industriële ondernemingen. Die industriële ondernemingen zijn, omdat ze voor een groot deel gericht zijn op de sectoren bouw en distributie, op dit moment vooral bezig zélf het vege lijf te redden. Want het zijn juist die sectoren die het meest door de crisis getroffen zijn. Een grote werkgever als Hoogvliet verlaat de gemeente, een opvolger gaat zich niet aandienen, de situatie in de supermarktsector kennend. En hoelang Zeeman blijft?? En Dirk??
De containerhaven zou de motor achter het ‘innovatief meerlagig bedrijventerrein’ moeten zijn, maar voorlopig zie ik, mét alle andere Alphenaren, daar alleen maar ZAND. Ik hoor daar ook niemand meer over, al jaren niet!
Kortom, het koene plan van VOA en gemeente lijkt vooral gerealiseerd te moeten worden binnen de uiterst dunne marges van de bestaande bedrijvigheid.
De Alphense Economie: Retail
Die retailsector steunt, en daarmee vertel ik niets nieuws, volledig op het vrij besteedbaar inkomen van ons Alphenaren. Kortom, als je die sector wilt steunen moet je in ieder geval ervoor zorgen dat die Alphenaren méér geld kunnen en willen uitgeven. Tja, en hoe ik dan alle lastenverzwaringen die de overheid (óók de gemeente Alphen aan den Rijn) ons oplegt moet uitleggen? Want die zorgen ervoor dat een steeds slinkend deel van de bevolking meer geld kán uitgeven. En de landelijke crisis zorgt voor een klimaat waarin Alphenaren die dat wél kunnen, dat even niet wíllen. Dit plan gaat daar in ieder geval weinig aan bijdragen omdat het inkomen van 2/3 van alle Alphenaren helemaal niet in deze gemeente wordt verdiend.
Al jaren is ook duidelijk dat er in Alphen aan den Rijn sprake is van overbewinkeling, maar van sanering is geen sprake: 10.000 m2 in de Baronie en straks ook nog 10.000 m2 rond het Thorbeckeplein? Terwijl er nú al minstens 10.000 m2 teveel is! Waar moeten die klanten allemaal vandaan komen, en waar moeten ze op hun beurt het geld vandaan halen?
Tja, dan kun je wel een centrummanager aanstellen, maar (een beetje) méér toeters en bellen zullen dat probleem niet oplossen.
250 banen
Hoekstra rekent even uit dat tien banen de gemeente alleen aan uitkeringen al 120.000 Euro minder kost. Als hij dus in zijn opzet slaagt, betekent dat jaarlijks 25*120.000 = € 3 miljoen Euro minder uit de gemeentekas. En om die 3 miljoen te realiseren trekt hij slechts 90.000 Euro uit!!!! Ik kan alleen daaruit al concluderen dat de wethouder niet veel fiducie heeft in zijn eigen plan. Want 250 nieuwe arbeidsplaatsen leveren natuurlijk nog veel méér op dan alleen een reductie van de uitkeringen.
Ondernemershuis
Merkwaardigerwijze heeft onze Tseard zelfs méér geld over voor de realisatie van het ondernemershuis, een oude VOA droom, dan voor die 250 extra arbeidsplaatsen. Terwijl het volstrekt onduidelijk is hoe dat ‘ondernemershuis’ ooit zou bijdragen aan de verbetering van de economische situatie van Alphen aan den Rijn. Natuurlijk moet die VOA wel een kantoor hebben, maar die zouden zó kunnen gaan inwonen bij ‘Zin in Ondernemen’ en daar bestaande faciliteiten delen, i.p.v. die allemaal zelf op te zetten. En waarom die honderden ondernemers binnen de VOA financiering door de overheid (van ons burgers dus) nodig hebben voor een ruimte die zó belangrijk is voor hun voortbestaan, dát is mij al járen een raadsel. Ik hoop dan ook werkelijk dat onze gemeenteraad zich realiseert dat ze het, zo vlak voor de verkiezingen, niet kunnen maken bejaarden hun kaartclubje in De Wielewaal en Westerhove af te pakken, maar wel dit kaartclubje van de Alphense ondernemers te financieren.
Dweilen met de kraan open
Ik kom weer terug op die fabriek en de markt. Soms lijkt het erop dat Alphense ondernemers vooral aan elkaar verkopen. Niet erg bij ZZP-ers, maar de grotere ondernemingen moeten, willen ze écht groeien, hun afnemers vooral BUITEN Alphen aan den Rijn zoeken. In plaats daarvan gaan ze lekker samenklitten in hun knusse ondernemershuis.
En ook Tseard Hoekstra moet zich toch eens gaan realiseren dat hij niet rustig in onze Stadskas kan blijven wachten tot de broodnodige grote ondernemingen zich aanmelden, maar dat hij de hort op moet. Natuurlijk zijn ook starters belangrijk, maar díe gaan echt de eerste 5-10 jaar onze economie niet redden. Tseard moet zíjn neus, en die van Alphen aan den Rijn, meer buiten Alphen laten zien. Hoe leuk dat ook is, maar op manifestaties binnen de gemeente kom je die zo gewenste nieuwe ondernemingen natuurlijk niet tegen. Maar wat is de kans dat die potentiële dragers van onze economie Tseard, óf wie dan ook vnuit de gemeente, óf de VOA, buiten de gemeente tegenkomen? Natuurlijk is niet alleen de wethouder hiervoor verantwoordelijk, maar hoe vaak heeft hij, met zijn mensen, vorig jaar Alphen BUITEN Alphen vertegenwoordigd? En dan bedoel ik niet op het provinciehuis!
Zolang we niet stoppen met navelstaren, blijft de ‘economische stimulans’ van dit grootse plan hangen bij ‘dweilen met de kraan open’.
Zeemantunnel?
2 sepInwoners van Alphen aan den Rijn, Boskoop en Rijnwoude, medeburgers
De gemeenteraad haalt ‘De Lage Zijde’ van de agenda, en Jan Zeeman zet die er, in een interview met annelies@alphen.cc, weer op. Een typisch voorbeeld van hoe de verhoudingen in Alphen aan den Rijn liggen.
Merkwaardig genoeg blijken, op het dieptepunt van kansen voor winkelcentra, projectontwikkelaars zich opeens te verdringen om aan de Lage Zijde te gaan bouwen. Maar als ze dat doen op de manier zoals Jan Zeeman voor ogen staat, gaan we daar nog veel plezier aan beleven. Ik wens wethouder Lyczak dan ook veel sterkte met deze inbreng.
Begrijp me goed, medeburgers, ik acht Jan Zeeman als ondernemer hoog, en sta zijn onderneming regelmatig te promoten bij collega’s en studenten. Tenslotte heeft de man vanuit het niets een groot internationaal retailbedrijf gebouwd, natuurlijk met wat hulp, maar tóch. Als Jaap Blokker een icoon was (maar hij erfde het bedrijf van zijn vader) dan is Jan Zeeman dat zeker. Dit even om misverstanden te voorkomen.
Maar als Jan de problemen in ons Stadshart gaat oplossen bij de Julianabrug, is hij met heel wat anders bezig. En dat blijkt ook wel. Hij wil een tunnel in de plaats van de Julianabrug, leuk, maar niets nieuws! Donna Vrij had dat al jaren geleden in haar verkiezingsprogramma staan. En als je klanten wilt trekken voor het Thorbeckeplein, is het op zijn minst gesproken vreemd als je hen helemaal bovenop die Julianatunnel laat parkeren. Dat, medeburgers, gaat net zo min werken als het ‘rondje’ via de Swaenswijkbrug. Al jaren geleden had ik bedenkingen bij de uitwerking van het plan “Rondom de (Alphense) brug” helemaal aan de Oranje Nassausingel, laat staan bij de Willem de Zwijgerlaan.
Hét centrale probleem van het Alphense Stadshart, medeburgers, is immers de over het hele centrum verspreide bewinkeling. Die stamt nog uit de tijd dat onze stad bestond uit drie onbetekende dorpskernen (zie ook de column “Een nieuw Centrum” op http://www.alphen.com). De Oude Rijn maakt dat probleem alleen maar groter. Om een aantrekkelijk centrum te creëren moet die bewinkeling, net als in een echte stad, rond de Alphense brug geconcentreerd worden. Niet voor niets heette het eerste Stadshart plan ‘Rond de brug’. Merkwaardig genoeg denkt Zeeman helemaal niet aan een compact centrum, maar wil hij de Hooftstraat weer in oude glorie doen herleven. Daarmee spuugt hij tegen de wind in, en bewijst daarmee Alphen, en de omliggende kernen, een slechte dienst.
Zeeman weet, natuurlijk, hoe je een winkelformule bouwt en laat groeien. Hij weet intussen ook wel, met zijn bedrijf GREEN, hoe hij winkelruimte realiseert, verhuurt en verkoopt. Maar het realiseren van een aantrekkelijk stadshart als ‘place to be’ voor CONSUMENTEN, dát is andere koek. Het is zelfs een ander vak. Dat blijkt ook wel, want Jan verbindt die Lage Zijde direct met zijn mogelijkheden voor het oude stadhuis, die met dat ´aantrekkelijke centrum´ helemaal niets te maken heeft. Maar wel met de mogelijkheden voor Green, uiteraard.
Gerard van As gaf al aan er natuurlijk genoeg projectontwikkelaars in de realisatie van de winkels daar geïnteresseerd zijn. Tenslotte hebben die in deze crisisjaren niet zo veel te doen. Het probleem is de financiering van hun projecten, zoals we dat overal in Alphen (Station, Toor, Bonifacius) meemaken. Ook het vinden van huurders voor die panden is niet het probleem. Wel het vinden van de huurders die de torenhoge huurprijzen willen én kunnen betalen.
Maar wat veel belangrijker is dan de verhuur van nieuwe panden (Ook Jan van Lenten van bureau Stadshart zit op dat verkeerde spoor) is de samenstelling van dat nieuwe winkelcentrum. Ons stadshart moet niet langer, zoals in de ‘dorpse’ periode, voorzien in alle dorpsbehoeften. Daarvoor dienen wijk-, buurt- en dorpscentra. Een centrum moet iets ‘extra’s’ leveren, iets wat consumenten NIET in hun directe omgeving vinden qua keus, kwaliteit of prijsstelling. Niet alleen de consumenten uit Alphen aan den Rijn, die dat ‘extra’ nu buiten de gemeente zoeken én vinden, maar ook voor de consumenten uit het, straks na de fusie fors uitgebreide, aantal kernen rondom de stad. ‘Winkelen’ is iets heel wat anders dan ‘boodschappen doen’.
Medeburgers, het merkwaardigst aan dat interview van Jan Zeeman is natuurlijk dat hij hier pas over praat op het moment dat wethouder Lyczak bijna met de afronding van de keuze voor een projectontwikkelaar klaar is. Mosterd na de maaltijd, lijkt het, want ik schat in dat Stan Lyczak zich op dit moment niet meer laat tegenhouden, zelfs niet door onze plaatselijke icoon Jan Zeeman.